Pastorie

Het pand is in 1838 als woonhuis gebouwd door Jan Albert Willinge, destijds grietman van Ooststellingwerf. Hij en zijn vrouw bleven kinderloos. De erfgename was nicht Gezina Willinge, die gehuwd was met de arts Lambertus Petrus Prins. Het nageslacht van dit echtpaar draagt de naam Willinge Prins. Het pand is nu in gebruik als particuliere woning.
Een opvallend kenmerk van de pastorie is de ingangspartij in het midden. Daardoor bleef er aan beide kanten voldoende ruimte over voor royale salons. Op het moment van de bouw was het zeker het grootste woonhuis in het dorp, met twee verdiepingen en een tentkap met hoekschoorstenen.